14 mei


Toetsen – Liedvariaties, fugato en koraal voor beiaard

Het beiaardoeuvre van Willem Vogel telt twaalf composities, waarvan er tien zijn uitgegeven. De stukken zijn niet overdreven ingewikkeld omdat ‘ik zelf geen geroutineerd en praktiserend beiaardier ben’. Misschien is de tweede reden die Vogel noemt nog wel belangrijker: ‘Ik houd niet van gecompliceerdheid. Ook al zou ik het willen, dan nog lukt het me niet een moeilijk werk te schrijven’.

In de zestiger jaren wordt de beiaardmuziek van Willem Vogel regelmatig gespeeld op concerten. Beiaardschooldirecteur en leeftijdgenoot Leen ’t Hart speelt de stukken vaak, maar ook anderen zetten Vogels werk op hun repertoirelijst. Langzamerhand is Vogels muziek steeds minder vaak te horen gedurende beiaardbespelingen; zijn volksliedachtige aanpak raakt uit de mode en maakt plaats voor repertoire met een meer hedendaags klankidioom.

Zou Willem Vogel voorvoeld hebben dat zijn melodie bij het lied Wij moeten Gode zingen  wel eens een tophit zou kunnen worden? Nog voordat het Liedboek voor de Kerken in 1973 geeft Donemus Liedvariaties, fugato en koraal voor beiaard uit, een variatiereeks over het voornoemde lied. Het stuk staat in de originele toonsoort, een toon hoger dan in de liedboeken. Willem Vogel schreef de melodie immers voor zijn kinderkoor uit Ouderkerk aan de Amstel – in een tijd waarin kinderen kennelijk nog moeiteloos hoog konden zingen.

Adolph Rots speelt het werk op het carillon van d’Olle Witte, dat is de bijnaam van de kerktoren van de Hervormde Kerk van Winschoten. De uitvoerend musicus verleende zijn toestemming voor het gebruik van deze opname.